Anders betalen voor mobiliteit. Er wordt al decennia over gesproken, maar niet eerder kwam het van de grond. Het ziet er naar uit dat het nu wel gaat lukken, met de vrachtwagenheffing. AT Osborne levert sinds eind 2019 een bijdrage.
In het Regeerakkoord van 2017 is opgenomen dat Nederland, net als de ons omringende landen, zo spoedig mogelijk een vrachtwagenheffing invoert. Binnen- en buitenlands vrachtverkeer over de weg gaat betalen per gereden kilometer. De opbrengsten worden in overleg met de vervoerssector teruggesluisd naar de sector voor innovatie en verduurzaming van de vervoerssector.
Jurist en filosoof Erik Visser van AT Osborne is in opdracht van het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat betrokken bij het opstellen van het wetsvoorstel voor vrachtwagenheffing. Hij beschikt over ruime ervaring op het gebied van wet- en regelgevingstrajecten en brengt daarmee de nodige kennis en kunde in. Dat komt goed van pas, want vrachtwagenheffing is een complex onderwerp. Er zijn veel partijen bij betrokken, zoals vrachtwagenchauffeurs, private partijen die namens de minister de tol innen en publieke partijen zoals RDW, RWS, het CJIB en de Inspectie Leefomgeving. Wie voert welke taken uit en hoeveel sturingsmogelijkheden wil de minister daarbij houden?
Een onderdeel van de complexiteit is de privacy. Het uitwisselen van gegevens is bij een variabele vrachtwagenheffing onvermijdelijk, maar hoe ga je daar goed en veilig mee om? Het is nog relatief onontgonnen gebied, waar Erik voor AT Osborne en toekomstige opdrachtgevers nu kennis opdoet. Behalve complex is het project ook enigszins politiek gevoelig. Voor het invoeren van een variabele heffing in plaats van een vaste belasting zijn met rekening rijden en andere ideeën al eerder pogingen gewaagd, maar zonder resultaat. De invoering van de vrachtwagenheffing ligt echter op koers. Nog dit jaar gaat het wetsvoorstel naar de Tweede Kamer.
Erik Visser was eerder betrokken bij wet- en regelgevingstrajecten met het nieuwe stelsel voor wind op zee en de totstandkoming van de Omgevingswet. Hij vond het mooi om uiteindelijk de minister te ondersteunen bij de behandeling van wetsvoorstellen in de Eerste en Tweede Kamer. “Als je dan bij de stemming een meerderheid ziet ontstaan voor datgene waar je zo lang aan gewerkt hebt … dat is echt een kroon op het werk.”
Google+